Overslaan en naar de inhoud gaan

Laatst bijgewerkt: mei 2025

➜ BIOLOGIE

Hondshaai (Scyliorhinus canicula)

  • FAMILIE: Scyliorhinidae.
  • KENMERKEN: Slank lichaam, bruine tot geelachtige rug bezaaid met veel kleine zwartbruine vlekken, lichte buik, ronde snuit.
  • HABITAT: Benthische soort die op zachte bodems van zand, grind of modder leeft, van 20 tot 110 m diep in de Atlantische Oceaan, van Noorwegen tot de Senegalese kust, en tot 400 m in de Middellandse Zee.
  • VOEDSEL: Inktvis, schaaldieren, weekdieren, kleine vissen, wormen.
  • GESLACHTSRIJP: Atlantische oceaan: 58 cm (6 jaar/vrouwtjes). Middellandse Zee: 40 cm (5 jaar/vrouwtjes).
  • PAAITIJD: Het ganse jaar maar met pieken in de winter en zomer in de Atlantische Oceaan, en in de winter en lente in de Middellandse Zee.
  • LEEFTIJD: 12 jaar.

ANDERE SOORTEN verkocht op onze markten:
KATHAAI (Scyliorhinus stellaris) Eierleggende soort - Geslachtsrijp: 76-79 cm in de Middellandse Zee en 80 cm in de Atlantische Oceaan.

GLADDE HAAI (Mustelus spp.) De soort die het vaakst wordt gevangen en verhandeld is de gevlekte gladde haai - Levendbarende soort. Geslachtsrijp: 87 cm/6 jaar in de Atlantische Oceaan en 96 cm in de Middellandse Zee.

DOORNHAAI (Squalus acanthias) Levendbarende soort - Geslachtsrijp: 75-83 cm (12-15 jaar/vrouwtjes) in de Atlantische Oceaan.

RUWE HAAI (Galeorhinus galeus) Levendbarende soort - Geslachtsrijp: 120-185 cm (13-15 jaar/vrouwtjes).

GROTE BLAUWE HAAI (Prionace glauca) Levendbarende soort - Geslachtsrijp: 217 cm (4-6 jaar/vrouwtjes) in de oostelijke

 

➜ VANGST

Haaien zijn erg gewaardeerd voor hun vlees, vinnen en kraakbeen. Eeuwenlang werden ze bevist op ambachtelijke wijze, dat beperkt was tot het vissen van de kustsoorten. Het was pas eind 20e eeuw dat intensieve visserij zich wereldwijd begon te ontwikkelen, gedreven door een grote vraag vanuit Azië naar haaienvinnen, die therapeutische eigenschappen zouden hebben. De analyse van de aanlandingen op mondiaal niveau (FAO-gegevens) is tamelijk complex, aangezien sommige landen hun vangsten declareren onder de benaming “roggen en haaien”, zonder onderscheid te maken tussen de soorten. Op Europees niveau zijn de gegevens betrouwbaarder. Spanje is wereldwijd het belangrijkste land waar op haaien wordt gevist (gemeten in aangeland gewicht), gevolgd door Indonesië. De blauwe haai (Prionace glauca) is de meest beviste haaiensoort ter wereld (122.516 ton in 2022, d.w.z. 31 % van alle aangelande haaiensoorten) waarbij het grootste deel van de aanlanding afkomstig is uit de Atlantische Oceaan (52.039 ton in 2022).
 

De Europese vloot vertegenwoordigt 19% van de wereldwijde aanvoer van haaien (75.955 ton in 2022). De Europese markten worden vooral bevoorraad met haaien uit de Noord-Atlantische visserij, maar ook met grotere haaien die in alle wereldzeeën worden gevangen. In Frankrijk wordt vooral in het Engels Kanaal en in de Golf van Biskaje op haaien gevist, meestal als bijvangst, met name door trawlers. Van alle haaien die in Franse wateren voorkomen, zijn de hondshaai en de gladde haai de meest aangelande soorten (respectievelijk 3.045 en 3.137 ton in 2022). In 2022 hebben Belgische vissers 500 ton hondshaai en 346 ton kathaai aan land gebracht als bijvangst, bij het gebruik van boomkorren. De hondshaai is een van de soorten die het vaakst wordt teruggegooid door de Belgische vloot. 

De hondshaai is eierleggend. De vrouwtjes leggen jaarlijks ongeveer 100 eitjes. De broedtijd is afhankelijk van de watertemperatuur en kan variëren van 5 tot 11 maanden.

➜ TOESTAND VAN DE BESTANDEN

Van de belangrijkste haaisoorten die door de Europese vloot worden gevangen. De kennis over haai-populaties en hun exploitatie is in de meeste gevallen onduidelijk. Gegevens over haaien
die mogelijk overboord worden gegooid, worden vaak onderschat of niet gerapporteerd. Desondanks bieden verschillende indicatoren (biomassa-/abundantie-index, aanlandingen, opbrengsten, exploitatiegraad ten opzichte van de MSY) aanwijzingen over de toestand van hun voorraden.

Vermijd dialectnamen
Ze veroorzaken grote verwarring over welke soort het precies gaat. Vlaamse vissers hebben het bijvoorbeeld over ‘zandhaai’, een term die niet overeenstemt met één specifieke soort haai: het kan immers gaan om ruwe haai Galeorhinus galeus, gladde haai Mustelus mustelus of gevlekte gladde haai Mustelus asterias. De onvolledige etikettering van haaienproducten maakt het onmogelijk om precies te weten welke soort op de markt wordt gebracht en geconsumeerd. Bovendien maakt deze generieke benaming het onmogelijk om te differentiëren tussen soorten met positieve bestandsontwikkeling en soorten die meer kwetsbaar zijn.

 

➜ BEHEER VAN DE BESTANDEN

Status van de bestanden van de belangrijkste haaiensoorten waarop door de Europese vloot wordt gevist: Kennis van haaienpopulaties en hun exploitatie is in de meeste gevallen onnauwkeurig. Gegevens over haaien die in zee zouden worden teruggegooid, worden heel vaak onderschat of niet gerapporteerd. Een aantal indicatoren zoals biomassa/paaimassa, aanlandingen, opbrengsten geven echter wel een indicatie van de toestand van de bestanden.

Sluiting van de visserij op verschillende bedreigde soorten in de EU
De vangst van zee-engel (Squatina squatina) werd in 2009 verboden voor alle Europese vloten, ongeacht hun visgebied. Tot december 2009 was Frankrijk het enige land in Europa dat op haringhaai (Lamna nasus) viste, op het eiland Yeu. Sinds 1 januari 2010 is deze visserij in Europa verboden (nul-quotum). In december 2010 heeft de Raad van EU de visserij op doornhaai (Squalus acanthias) in de Europese wateren van de subzones 27.2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9 en 10 opgeschort. Sinds 2016 is er een TAC van 270 ton en quota per land (inclusief Frankrijk) vastgesteld om bijvangsten van doornhaai bij de visserij op andere soorten te dekken. Deze afwijkingen waren alleen bedoeld voor vaartuigen die deelnamen aan het programma om bijvangst te voorkomen. Na de laatste beoordeling door wetenschappers, waaruit bleek dat het bestand in goede staat verkeerde, werd voor het eerst sinds 2009 weer een commerciële TAC voor deze soort ingevoerd voor het jaar 2023. In 2012 werd ook de visserij op de Ruwe zwelghaai (Centroscymnus granulosus) en die op de schubzwelghaai (Centrophorus squamosus) opgeschort (nul-quotum).

Door de Franse vloot beviste soorten
Hondshaai (Scyliorhinus canicula), kathaai (Scyliorhinus stellaris) en gladde haai (Mustelus spp.): tot op heden zijn er geen vangstbeperkingen voor deze soorten die in de Noordoost-Atlantische Oceaan, de Middellandse Zee en de Zwarte Zee worden bevist. Ruwe haai (Galeorhinus galeus): sinds 2015 is deze haai opgenomen in de EU-lijst van beschermde soorten en mag er niet meer met beuglijnen op worden gevist in de Britse en EU-wateren van subzone 27.4; in de Britse wateren van divisie 27.2.a; in Britse en internationale wateren van subzone 27.5; in de Britse, EU- en internationale wateren van subzones 27.6 tot en met 27.8; en in de internationale wateren van de subzones 27.12 en 27.14. Bovendien mogen Britse vloten sinds 2008 niet meer dan 45 kg ruwe haai per dag aan land brengen en is het vissen met haak en lijn niet toegestaan. Voor deze soorten is geen minimumvangstmaat gedefinieerd. Het minimale verkoopgewicht voor honds- en kathaai is 500 g.

 

De grote blauwe haai (Prionace glauca) is de meest beviste soort ter wereld en de belangrijkste soort voor de wereldwijde vinnenhandel. Hij is bijzonder kwetsbaar door pelagische beugvisserij op tonijn en zwaardvis. Daarnaast is de blauwe haai kwetsbaar voor overbevissing vanwege zijn levenscyclus (lange levensduur, late geslachtsrijpheid en vrij laag vruchtbaarheidscijfer). Alleen de ICCAT heeft een TAC vastgesteld voor elk van de twee Atlantische bestanden (voor het eerst in 2019). In de andere visgebieden zijn er geen vangstbeperkingen.

Een internationale overeenkomst ten gunste van gereguleerde handel
De grote vraag naar haaienvinnen heeft geleid tot overexploitatie van veel bestanden, zodanig dat hun voortbestaan in gevaar is gebracht. Daarom is de internationale gemeenschap overeengekomen om hun handel te reguleren onder het kader van CITES (Conventie over de internationale handel in bedreigde diersoorten en planten): een land dat haaien wil exporteren (opgenomen in bijlage II van CITES) moet certificeren dat deze afkomstig zijn van legale visserij en dat hun handel het voortbestaan van de soort niet in gevaar zal brengen. Echter, de handhaving van controles levert vaak problemen op en deze maatregelen hebben de overbevissing nauwelijks een halt toegeroepen.

Daarom evalueert CITES, in samenwerking met de FAO en de autoriteiten van exporterende landen, de status van de bestanden, en de beheerpraktijken, en zorgt ervoor dat alleen verantwoorde visserij internationaal verhandeld mag worden. Zo signaleert het verdrag de gevoelige punten en helpt het landen om waar nodig controles uit te voeren.

 

➜ VEEL BEDREIGINGEN

Bijzondere biologische kenmerken zoals late geslachtsrijpheid, langzame voortplanting en een laag aantal geboortes. Haaien worden geëxploiteerd voor hun vlees, kraakbeen, Huid, en lever, maar ook voor hun vinnen, kieuwen, tanden en kaken. Pelagische haaien zijn vooral gewild vanwege hun vinnen. Kusthaaien, over het algemeen kleiner van formaat, zijn dan weer begeerd voor hun vlees. Sommige visserijen vissen bewust naar haaien, terwijl ze bij andere visserijtakken gevangen worden als bijvangst (zoals bij het gebruik van kieuwnetten of beuglijnen bij de vangst op zwaardvis en tonijn). Haaien (voornamelijk pelagische) worden ook aangetrokken door Fish Aggregating Devices (FAD's) of lokboeien, Die vaak worden gebruikt voor de tonijnvisserij en zo worden ze tegelijk met tonijnsoorten gevangen. Overbevissing, vervuiling, klimaatverandering, en wijziging en aantasting van hun leefgebieden hebben geleid tot de verarming van de populaties van vele haaiensoorten.

Haaienvinnen zijn erg gewild in Aziatische landen voor de bereiding van traditionele "haaienvinnensoep". De vinnen worden afgesneden en de nog levende vis wordt teruggegooid, zonder kans op overleving. "Ontvinnen" is dan ook de oorzaak van de instorting van verschillende bestandsoorten: hamerhaaien (Sphyrna spp.), voshaaien (Alopias spp.) of zelfs kortvinmakreelhaaien (Isurus spp.). Sinds december 2012 is het binnen de EU verboden om alleen vinnen of een haai, ontdaan van zijn vinnen, aan land te brengen (maar de vangst van vinnen voor de export buiten de EU is nog steeds toegestaan in Europese wateren). Haaienvinnen behoren tot de duurste visproducten (tussen $ 350 en $ 650 per kilo in 2019).

CONSUMPTIE 

De verschillende haaiensoorten zijn wereldwijd gewild voor verschillende toepassingen. Huid en kraakbeen (voor het maken van kostbaar leer, geneesmiddelen of voedingssupplementen), lever (voor de cosmetica-industrie), en vlees en vinnen (gedroogd voor de Aziatische markt) worden gewaardeerd op diverse markten. De consumptie van en de handel in haaienvlees is aanzienlijk binnen de EU. In Frankrijk wordt haaienvlees veel verkocht op de retailmarkt. De relatief lage prijs en de afwezigheid van graten maken het populair in de grootkeuken. Frankrijk importeert voornamelijk diepgevroren hondshaai, kathaai en doornhaai uit de Verenigde Staten. In België worden haringhaai en doornhaai traditioneel gerookt gegeten. Deze laatste soort wordt voornamelijk geïmporteerd uit de Verenigde Staten. In 2021 importeerde België 450 ton aan haaiensoorten. Wat hondshaai betreft, consumeerden Belgische gezinnen 100 ton in 2021.

 

ECOLABELS

  • MSC  • 1 Amerikaanse visserij op doornhaai, die actief is in het noordwestelijke deel van de Atlantische Oceaan, is gecertificeerd, evenals een Australische gemengde visserij die gladde haaien vangt.

TE ONTHOUDEN

➜ 36% van de haaiensoorten worden, volgens IUCN, wereldwijd als ”bedreigd" beschouwd.
➜ Sommige soorten (vooral pelagische) zijn het slachtoffer van ”ontvinnen”, een praktijk die de haaienbestanden wereldwijd aanzienlijk heeft verminderd.
➜ De grote blauwe haai is de meest beviste haaiensoort ter wereld. TAC’s bestaan enkel voor de Atlantische Oceaan en er is veel onzekerheid over de beoordeling van de bestanden in dit gebied. Deze kwetsbare haai, die over grote afstanden migreert, zou baat hebben bij een beheer op internationaal niveau.
➜ Gebaseerd op beschikbare gegevens, waarvan de meeste fragmentarisch zijn:

  • de biomassa van de gladde haai in Noordoost-Atlantische Oceaan neemt toe.
  • de biomassa van de hondshaai in de Noordoostelijke Atlantische Oceaan is sinds de jaren negentig sterk toegenomen.
  • de populatie van de kathaai in de Noordoostelijke Atlantische Oceaan neemt sinds de jaren negentig licht toe.

➜ Het doornhaaibestand in de Noordoost-Atlantische Oceaan, waarvoor de visserij in december 2010 werd verboden, verkeert in goede staat (beoordeling 2022); voor het eerst sinds 2009 is voor 2023 een commerciële TAC vastgesteld.
➜ Voor de ruwe haai is geen informatie over de ontwikkeling van het bestand beschikbaar.
➜ In vergelijking met andere haaien, worden de hondshaai en kathaai beschouwd als productieve soorten. De ruwe haai heeft daarentegen een zeer lage productiviteit en is een samenscholende soort, wat hen zeer kwetsbaar maakt voor visserijactiviteiten.
➜ De belangrijkste soorten die momenteel door de Franse vloot worden bevist (gladde haai, hondshaai, kathaai en ruwe haai) zijn niet onderworpen aan TAC’s en evenmin aan een minimum vangstgrootte. Voor honds- en kathaai geldt een minimumhandelsgewicht van 500 g.

AANBEVELINGEN VOOR AANKOOP

  • Met mate:
    - Doornhaai (Squalus acanthias): Noordoost- Atlantisch bestand en aangrenzende wateren (bestand in goede staat maar volgens de rode lijst van IUCN wereldwijd een kwetsbare soort)
    - Hondshaai (Scyliorhinus canicula): Bestand van de Noordzee, Skagerrak en Kattegat, het oostelijk Engels Kanaal, West-Schotland, de Ierse Zee, de zuidelijke Keltische Zee, de noordelijke/zuidelijke/centrale/brede zone van de Golf van Biskaje, en de Iberische kusten (gebrek aan voldoende gegevens om een volledige wetenschappelijke beoordeling mogelijk te maken, maar de bestanden nemen naar schatting toe).
    - Kathaai (Scyliorhinus stellaris): Bestanden van West-Schotland, de zuidelijke Keltische Zee, en het Engels Kanaal.
    - Gevlekte gladde haai (Mustelus asterias): Noordoost-Atlantisch bestand en aangrenzende wateren.

  • Bij voorkeur: exemplaren met een lengte groter dan hun grootte bij geslachtsrijpheid:
    - 87 cm: gevlekte gladde haai uit Atlantische Oceaan
    - 83 cm: doornhaai uit Atlantische Oceaan
    - 80 cm: kathaai uit Atlantische Oceaan
    - 58 cm: hondshaai uit Atlantische Oceaan

  • Bij voorkeur de volwassen individuen die al de gelegenheid hebben gehad om zich voort te planten

  • Controleer steeds de wetenschappelijke naam en de oorsprong van de soort voordat u deze koopt. Wanneer er geen specifieke naam van de vis of een duidelijke aanduiding van de visserijzone gegeven wordt, en er geen zekerheid is dat de soort niet verboden is, is het raadzaam om uit voorzorg het product niet aan te kopen.

  • Te vermijden:
    - Ruwe haai (Galeorhinus galeus): Noordoost-Atlantisch bestand (bestand met alleen gegevens over aanlandingen en soorten die volgens de Rode Lijst van de IUCN wereldwijd “ernstig bedreigd” zijn).
    - Grote blauwe haai (Prionace glauca): Atlantisch bestand (als voorzorgsmaatregel, gezien de kwetsbaarheid van deze soort en de onzekerheden rond de beoordeling van de toestand van het bestand).
    - Alle andere niet-beoordeelde soorten en bestanden (inclusief soorten in de Middellandse Zee en de Zwarte Zee).
    - Alle andere bedreigde haaiensoorten op de Rode Lijst van de IUCN, behalve doornhaai (Squalus acanthias) uit het Noordoost- Atlantische bestand dat in 2022 als goed werd beoordeeld (maar nog steeds als bedreigd wordt beschouwd door de IUCN).